De kleurige wereld van Matthias Heiderich














De kleurige wereld van Matthias Heiderich

Door elementen uit hun context te halen en zich vooral te richten op kleur, lijnen en vormen legt Matthias Heiderich het stadslandschap op geheel eigen wijze vast. Tekst: Jannie de Kruijff. Alle foto's: Matthias Heiderich
De Duitse Matthias Heiderich (1982) is een autodidactische fotograaf uit Berlijn. Of hij nu vrij werk maakt of in opdracht werkt, hij fotografeert altijd vanuit hetzelfde, minimalistische perspectief. Wat direct opvalt is zijn kleurgebruik; zachte pastellen tot felle tinten geven zijn beelden een soms wat onwerkelijke sfeer. Maar het draait bij Heiderich niet alleen om de esthe­tiek, hij is ook geïnteresseerd in sociale woningbouw en de omgang van architecten en bewoners met de leefomgeving.
Hoe ben je begonnen als fotograaf?Matthias: “Ik begon rond 2008 te fotogra­feren. Ik ging dagelijks op pad en fotogra­feerde alles wat ik interessant vond. Ik hield me toen nog niet echt bezig met compo­sities of welke apparatuur ik gebruikte. Dat kwam pas toen ik me begon te realiseren dat ik mijn fotografie kon verbeteren door me hier wel in te verdiepen, en mijn foto’s er daardoor ook meer uit kon laten zien zoals ik dat graag wilde. Met de tijd ontwikkelde ik mijn eigen stijl door veel te fotograferen op verschillende plekken en veel naar het werk van anderen te kijken, op internet, in boeken, tijdschriften en bij tentoonstellingen. Zo kwam ik er langzaam achter wat ik wel en niet wilde doen: ik ontdekte dat ik het leuker vind om gebouwen vast te leggen dan mensen, en dat ik meer van simpele composities houd dan van complexe.”
Wat fascineert je zo aan architectuur?“Door de jaren heen ben ik meer en meer geïnteresseerd geraakt in architectuur als ambacht en kunstvorm. Ik word aangetrokken door bijzondere en vervreemdende archi-tectuur, maar ook door de verschillende oplossingen die architecten bedenken op het gebied van sociale woningbouw. Dat is een van mijn hoofdinteresses in de architec­tuurfotografie. Ik heb zoveel verschillende benaderingen gezien, uit diverse decennia en verschillende landen, dat zal mij nooit gaan vervelen. In 2016 wijdde ik het boek Alveare (een crossmedia project met de Italiaanse compo­nist Andrea Belfi – red.) aan Italiaanse sociale woningbouw die was ontworpen tussen de jaren ’50 en ’80. Ik maakte daarvoor een bijzondere reis waarin ik zo’n vijftien gebouwen heb gefotografeerd.
Ik zag hoe de bewoners van die huizen de architectuur hadden aangepast aan hun behoeften door te veranderen wat maar te veranderen was. Veel van die oudere gebouwen waren min of meer achtergelaten door hun oorspron­kelijke eigenaars en de bewoners konden ermee doen wat ze maar wilden. Dus muren werden afgebroken en nieuwe gebouwd, er kwamen gezamenlijke ruimtes, groene gedeeltes en soms werd het hele gebouw onder handen genomen. Het werd pijnlijk duidelijk dat architecten maar al te vaak niet aan de behoeften van de bewoners dachten wanneer ze de gebouwen vanuit hun kantoren ontwierpen, dus de bewoners deden wat noodzakelijk was om de plek leefbaarder te maken.”
Hoe bereid je je voor? Zoek je naar gebouwen op internet? “Architectuurdatabases zijn erg handig en ik maak van tevoren vaak lijstjes met gebouwen die ik wil zien als ik op reis ben. Soms weet ik precies wat ik wil vastleggen en ga ik direct naar die plek toe, maar meestal loop ik gewoon een hele dag rond, kijk ik goed om me heen en vind zo dingen die ik wil vastleggen. Ik houd erg van die lange wandelingen door vreemde steden, dat is mijn meditatie. Dus mijn voorbereiding bestaat meestal uit het inpakken van de juiste schoenen, ervoor zorgen dat ik genoeg water en snacks bij me heb en dat alle batterijen opgeladen zijn.”
Wat zijn je favoriete gebouwen en omgevingen?“Zoals ik eerder aangaf, houd ik erg van aparte en vervreemdende gebouwen en omgevingen. Wanneer ik door een stad loop, vallen mij meestal ongewone vormen en kleurencombinaties op. Die vind ik vaak in moderne architectuur, maar ook in een toevallige samenloop van omstandigheden, bijvoorbeeld een auto in een felle kleur, die geparkeerd staat voor een kleurrijke muur. Van die combinaties word ik altijd erg blij. Ik heb mijn ogen getraind om deze dage-lijkse toevalligheden zo goed mogelijk te traceren. Wanneer ik door de stad loop, zijn mijn ogen als een soort radar aan het scannen – ik denk dat mensen mij een beetje raar vinden als ik zo rondloop, omdat ik elk gebouw, elke auto en boom bekijk, alsof ik mijn kat aan het zoeken ben.”
Met welke apparatuur werk je?“De afgelopen tien jaar heb ik veel verschil­lende camera’s en lenzen gebruikt, ik heb niet echt een camera die ik altijd gebruik of een favoriet merk. Op dit moment heb ik een digitale camera van Sony met Zeiss lenzen, een Canon 5D MK III met verschillende lenzen, meerdere Rolleiflex medium formaat camera’s en ik heb de afgelopen jaren veel met Hasselblad camera’s gewerkt, zowel digitaal als analoog. Het hangt af van de opdracht welke camera mijn voorkeur heeft. Toen ik begon met fotograferen werkte ik veel met medium formaat camera’s en dat doe ik nog steeds. 6 x 6 is wat mij betreft het perfecte formaat.
Besteed je veel tijd aan de nabewerking van je foto’s?“Bijna al mijn foto’s hebben wel een beetje of meer bewerking nodig. Lijnen moeten worden rechtgemaakt, kleuren moeten worden aangepast en verbeterd. Soms verwijder ik kleine details die me storen, zoals afval op de grond, graffiti en dergelijke. Maar ik haal nooit grote dingen weg zoals wolken, bomen of zelfs mensen.”
Je opvallende kleurgebruik geeft je foto’s vaak iets onwerkelijks…Mijn foto’s zijn een aanpassing van de echte wereld, ik laat alles weg wat ik niet mooi vind. Ik focus op de kleurrijke en ongewone details die verstopt zijn in de complexe wereld om ons heen. Door deze uit hun context te halen, lijken mijn foto’s soms wat onwerkelijk, denk ik. Het is meer het effect dat optreedt wanneer je naar foto’s aan het kijken bent en ze opeens wat unheimisch beginnen te voelen. En dan realiseer je je dat er in de foto’s steeds iets ontbreekt of juist altijd aanwezig is, zoals vaak het geval is in mijn fotoseries.
Er zijn in je foto’s soms auto’s, lantaarnpalen en bomen te zien, maar geen mensen; zouden die de sfeer van de foto’s veranderen?
Dat klopt, zodra er een persoon op een foto staat, wordt hij het middelpunt van de aandacht, het hoofdonderwerp. Mijn foto­grafie draait niet om mensen, mijn foto’s zijn kleine, verlaten scènes die wel de sporen laten zien die mensen achterlaten maar niet de mensen zelf. Volgens sommige mensen roepen mijn foto’s een apocalyptisch gevoel op, dat vind ik mooi. Ik vind mensen ook leuk maar ik prefereer het om foto’s te maken van gebouwen, stadslandschappen en land­schappen zonder mensen.”
http://www.matthias-heiderich.de
Je maakt je foto’s op straat en zoekt geen ingewikkelde standpunten op?“Ik probeer mijn fotografie zo simpel moge­lijk te houden. Wanneer ik aan persoonlijke projecten werk, fotografeer ik bijna altijd vanuit straatniveau, om precies vast te leggen wat ik zie wanneer ik rondloop. Het geeft de foto’s vaak een snapshotachtig gevoel waar ik van houd. Bij foto’s die ik in opdracht maak, is dit niet altijd mogelijk, dus sommige van de foto’s in mijn portfolio zijn vanuit andere posities gemaakt dan vanuit het standpunt van de voetganger.”
Zijn er nog plaatsen en gebouwen waar je naartoe wilt?“Er staan nog veel plaatsen en gebouwen op mijn bucketlist. Ik ben nog nooit naar China of Singapore geweest, dat lijken me heel interessante plekken, zeker voor mijn stijl van fotografie. Maar ik zou ook heel graag naar de Verenigde Staten willen, en Zuid-Amerika. Ik ga nu eerst enkele steden in Polen bezoeken. Wat gebouwen betreft zou ik meer van de sociale woningbouw uit het Sovjet­tijdperk in Oost-Europa willen zien. Dat is niet zo ver weg, ik hoop daar snel naartoe te kunnen. In Nederland ben ik ook diverse malen geweest, ik houd van Rotterdam en Amsterdam en wil graag nog andere steden en regio’s zien.”
Zou je meer crossmediaprojecten willen doen, zoals Alveare?Dat project was erg leuk om te doen en het was heel interessant om met een muzi­kant samen te werken. Ik zou erg graag meer van dit soort projecten willen doen.Op dit moment ben ik foto’s aan het klaar­ maken voor een tentoonstelling hier in Berlijn, waarvan er al een paar verkocht zijn. Het zou fijn zijn als ik meer prints zou kunnen verkopen en minder werk in opdracht zou hoeven te doen.”
Zijn social media belangrijk voor je?Absoluut. Ik houd van het concept en heb altijd social media gebruikt. Flickr was het eerste fotografieplatform dat ik ontdekte en ik heb er veel interessante fotografen van over de hele wereld door leren kennen. Ik ben ook via Flickr begonnen om mijn fotografie te delen, waardoor ik voor het eerst feedback kreeg van andere mensen dan mijn ouders of vrienden. Nu is Flickr vervangen door Instagram en Tumblr en zijn dit mijn grootste bronnen van inspiratie. Dus ja, ze zijn belang­rijk, niet alleen om mijn eigen werk te laten zien en feedback te krijgen, maar ook om andere fotografen te ontdekken en plekken te vinden waar ik naartoe zou willen gaan.”
matthias-heiderich.de